Tandheelkunde

  • Een gezond functionerend gebit is essentieel om een paard fit en gezond te houden. Omdat het paard van nature veel ruwvoer inneemt, zijn de kiezen gevormd voor het continue kauwen en de daarbij gepaarde slijtage van de tanden. De jaarlijkse check-up dient onder andere om de vorming van scherpe haken te voorkomen en indien nodig op tijd bij te werken, zo kan het paard normaal en comfortabel blijven eten.

  • In de radiologie wordt er met behulp van röntgenstralen (voornamelijk) botweefsel in beeld gebracht. De moderne en geavanceerde apparatuur die we tot onze beschikking hebben op de kliniek, stelt ons in staat om zowel de benen te onderzoeken, maar ook het hoofd en de hals en rug volledig in beeld te brengen.

     Bij de paarden wordt deze techniek  gebruikt tijdens keuringen (aan-/verkoop-, sport-, PROK-, jaarling- of OCD-keuringen), maar ook als aanvulling op het orthopedische of tandheelkundig onderzoek is het een zeer belangrijke techniek, om bijvoorbeeld artrose, fracturen, hoefkatrol of kieswortelproblemen te diagnostiseren. 

  • Bepaalde chirurgische ingrepen kunnen op het staande gesedeerde paard uitgevoerd worden. Routinematig worden de laparoscopische ingrepen en de kaak- en schedelchirurgie bij het staande gesedeerde paard uitgevoerd. Behalve het voordeel dat het paard niet onder narcose gebracht wordt, zijn er verschillende andere voordelen (kortere herstel periode na een laparoscopische ingreep, minder bloeding bij kaak- en schedelchirurgie).

  • Bij een sinusscopie wordt er met een camera via de neus of via een klein gaatje in de schedel in de voorholtes gekeken. Zo'n sinusscopie kan diagnostisch worden uitgevoerd om de oorzaak van neusuitvloeiïng bij paarden te onderzoeken. Doordat de kieswortels van de laatste kiezen in contact staan met de holtes (sinussen) in de schedel van een paard, kan een tandprobleem een secundaire sinusitis (infectie van de holtes) veroorzaken. 

  • Kiesextractie (het trekken van een kies) verloopt bij paarden wat anders dan bij mensen. Zeker bij jonge paarden is er nog een lange kieswortel aanwezig waardoor het trekken van de kies niet altijd eenvoudig is. Over het algemeen is het mogelijk om de kies bij het staande paard te verwijderen. Het paard krijgt sedatie, lokale verdoving van de zenuwen die naar de kies gaan en een pijnstiller toegediend, zodat het paard met het minste ongemak deze ingreep kan ondergaan.

    Een van de voornaamste redenen waarom een kies getrokken moet worden is de aanwezigheid van een kieswortelontsteking, oftewel een alveolitis. Een kieswortelontsteking van een van de bovenkiezen kan zich uiten door een warme en pijnlijke zwelling naast de neusrug of door stinkende neusuitvloeiing uit een van de neusgaten. Een kieswortelontsteking van een van de onderkiezen uit zich door een warme en pijnlijke zwelling aan de onderrand van een onderkaak, waarbij soms een wondje aanwezig is waar viezigheid uit komt (een fistel).

    Een kieswortelontsteking kan op verschillende manieren ontstaan; bacteriën kunnen van verschillende wegen gebruik maken om een infectie diep in de tandkas te veroorzaken. Zo kan er lekkage optreden door het midden van de kies. In de kies zijn van nature holtes aanwezig (de zogenaamde infundibula of glazuurbekers) die opgevuld horen te zijn met cement. Het is bekend dat bij sommige paarden die holtes niet goed opgevuld zijn en dit is zichtbaar in de mond als infundibulumnecrose (zwarte gaatjes op het kauwvlak). Via die holte kan er vuil tot die in de kies doordringen. Dit kan rechtstreeks leiden tot een kieswortelontsteking, of zorgen voor verzwakken of splijten van de kies. De bacteriën kunnen ook langs de kies de kieswortel bereiken, vooral wanneer er sprake is van holtes (pockets) bij de kiezen met een tandvleesontsteking. Tenslotte kunnen, met name bij jonge paarden, de bacteriën ook via het bloed de kieswortel bereiken.

Een gezond gebit kan een hoop problemen bij paarden voorkomen. De tandheelkundige zorg bij paarden kan onderverdeeld worden in preventieve en curatieve zorg. Door de continue groei van de tanden verandert het gebit continu en kunnen kauwproblemen in de loop van de tijd ontstaan. Behalve problemen aan het kauwoppervlak (haken), bestaan er ook aandoeningen die betrekking hebben op de rest van de tand (kieswortel ontstekingen, kiesfracturen) en aandoeningen door de stand van de tanden (diastases).

 

Terug naar Paard